Let op je bezoekt nu de archiefsite. Bekijk de actuele website hier.

Let op deze site dient als archief.
Ga naar www.psycholoogwijnberg.nl voor de actuele website.

Hoe erger Hoe beter - Provocatieve Psychologie

Verzamelbundel

Auteur(s): Jeffrey Wijnberg
Verschijningsdatum: 04-01-2013
Uitgeverij: Scriptum
ISBN: 978 90 5594 356 2
Verkrijgbaarheid: Online / Boekhandel
Koop direct online

Van de boeken van Jeffrey Wijnberg zijn in totaal al meer dan 45.000 exemplaren verkocht. Vele lezers hebben inmiddels kennisgemaakt met de provocatieve stijl van communiceren die Wijnberg hanteert.

Nu drie succesvolle titels gebundeld in een boek:
In het diepste van de ziel is niets te zien
De kunst van het kwetsen
Verborgen agenda’s
Aantrekkelijk geprijsde paperback in handzaam formaat. Geïllustreerd met Sigmund-illustraties van Peter de Wit.

Jeffrey Wijnberg is al ruim dertig jaar werkzaam als psychotherapeut. Eerder verschenen o.a. van hem bij Scriptum: Horken & heksen, ‘Dat moet ik nog een plekje geven’, Het neurotisch handboek, en, samen met Jaap Hollander, Succes is ook niet alles en Provocatief coachen.

€ 14,95 | ca. 500 blz. | 140 × 190 mm | paperback 

Recensie Volkskrant (door Suzanne Weusten op 03-08-2013)
4 sterren

www.volkskrant.nl/wca_item/boeken_detail/453/256481/Hoe-erger-hoe-beter.html

PSYCHOLOGEN BEHANDELEN HUN PATIËNTEN ALSOF ZE VAN PORSELEIN ZIJN. DIE LAATSTEN HEBBEN MEER BAAT BIJ EEN HARDE AANPAK

Zelden heb ik een boek gelezen waarin de auteur zo stellig een beroepsgroep attaqueert. Geheel in lijn met zijn provocatieve methode deelt psychotherapeut Jeffrey Wijnberg frontale klappen uit aan zijn collega-hulpverleners. Psychologen zijn opportunisten, vindt hij. Om hun patiënten zo lang mogelijk in therapie te houden, creëren ze problemen die er niet zijn. Psychologen hebben bovendien te weinig realiteitszin: ze veronachtzamen de omstandigheden en laten de patiënt geloven dat hij alles kan, als hij maar wil. En in plaats van de veerkracht van de mens te benadrukken, zien ze vooral zijn kwetsbaarheid. Ze behandelen hun patiënten alsof ze van porselein zijn.

De psycholoog mag dan doorgeschoten zijn, ook de patiënt is op hol geslagen. Hoe comfortabeler mensen leven, des te slechter zij tegenslagen kunnen incasseren, betoogt Wijnberg. De hedendaagse Nederlander is verwend en zoekt oplossingen voor problemen die bij het leven horen. De een zoekt hulp omdat hij neerslachtig is sinds hij is ontslagen; de ander omdat hij in plaats van één drie kinderen heeft gekregen. En waar psychologen begrijpend knikken en empathisch in het verleden van de patiënt graven, stelt Wijnberg vanzelfsprekendheden ter discussie. Nou en? Waarom zou je in balans moeten zijn? Wat geeft het als je niet op de gulden middenweg leeft? De Wijnbergse interventie: 'Tien keer 'nou en' zeggen en van de meeste problemen blijft niets over.'

Hoe erger hoe beter bestaat uit twee delen. In deel een, 'In het diepst van de ziel is niets te zien', prikt Wijnberg de mythe van de menselijke ongrijpbaarheid door. We willen graag horen dat we complex zijn, dat streelt onze ijdelheid. Maar we zijn juist voorspelbaar en betrekkelijk gemakkelijk te analyseren, provoceert hij, al schrijft hij aan het eind van het boek dat de mens een eigenaardig en tegenstrijdig wezen blijft, voorspelbaar én mysterieus.

In deel twee, 'De kunst van het kwetsen', laat de psycholoog zien dat krenking niet alleen schadelijk is. Ze helpt je waakzaam te blijven tegen nieuwe aanslagen op je ego. Krenking wakkert ambitie, doelgerichtheid en ijver aan. Krenking zet de mens aan tot nadenken en kan zo het begin zijn van meer zelfvertrouwen. Wie de slechte kanten in zijn karakter onder ogen ziet, is minder bang voor kritiek of afwijzing.

Hoe erger hoe beter is een heerlijk boek omdat het zo uitgesproken tegendraads en confronterend is, zonder dat het cynisch of betweterig wordt. Wijnberg combineert kritiek met humor en bekent ruiterlijk zijn eigen misstappen in de therapeutische praktijk. Trouw aan zijn provocatieve stijl prikt, plaagt en kwetst hij erop los, met leerzame dialoogjes als praktische illustratie en verluchtigd met sublieme Sigmund-stripjes van Peter de Wit. Maar uitgedaagd door Wijnbergs provocaties, snakte ik na 400 pagina's generalisaties, persoonlijke ontboezemingen en anekdotes, hoe leerzaam ook, naar feitelijke onderbouwingen van zijn aannames over psychologen, psychotherapeuten en coaches.

Overigens pleegde ik na lezing een Wijnbergse interventie. Op een receptie werd ik gegijzeld door een vage kennis. Toen de vrouw na een lange klaagzang over al het leed dat haar was aangedaan even naar adem hapte, reageerde ik broodnuchter: 'Nou en?' Het werkte. Haar ellende was met twee woordjes verschrompeld tot een non-probleem. En ik was verlost.

Provocatievepsychologie3d