Let op je bezoekt nu de archiefsite. Bekijk de actuele website hier.

Let op deze site dient als archief.
Ga naar www.psycholoogwijnberg.nl voor de actuele website.

Columns en Archief

Bemoeizorg

13 May 2019
Door: Jeffrey Wijnberg

Traditie is dat hulpbehoevenden, geheel uit eigen beweging, de zorgverlening opzoeken. Het idee is dat alleen mensen met (intrinsieke) motivatie baat kunnen hebben bij hulpverlening. Wat deze traditie doorkruist is de bemoeizorg: hulpverleners die zelf op zoek gaan naar cliënten; en met dwang de zorgverlening opleggen.

Het idee hierachter is dat sommige mensen alleen een probleem zullen erkennen als het onder hun neus wordt gewreven. Nu wordt de term ‘bemoeizorg’ officieel alleen gebruikt voor de ‘kwetsbare groep van de samenleving’, oftewel: voor chronisch verslaafden of voor mensen die anderszins in verkommerde omstandigheden leven. En juist hierom moet ik vaak lachen. En wel omdat ‘bemoeizorg’ in veel gezinnen dagelijks wordt ingezet door een hele leger aan fanatieke vrouwen. Deze vrouwen zien in hun mannelijke partner een figuur die intensieve zorg behoeft, maar tegelijkertijd ieder probleem zal ontkennen. Deze hardwerkende dames zullen met overtuiging zeggen: ‘als ik mij niet actief bemoei met zijn treurige levensstijl, dan zou hij niet eens zoiets simpels doen als regelmatig zijn tanden poesten’. De meeste mannen moeten er niets van hebben: ‘die vrouw van mij bemoeit zich zelfs met de manier waarop mijn jas aan de kapstok hang; kijk, als het zo moet dan gooi ik de jas nog liever op de grond’. De vraag die zich opdringt in de officiële hulpverlening, is ook aan de orde in de informele bemoeizorg: heeft het zin om hulp op te dringen aan iemand die niet eens zijn eigen probleem onderkent? Het is een vraag die lastig te beantwoorden is. Enerzijds hebben bemoeizorgers de hulpelozen nodig om hun bestaan te rechtvaardigen, anderzijds zouden de hulpelozen aan zelfredzaamheid kunnen winnen als niemand zich met hen zou bemoeien. Hoe dan ook, in veel gezinnen zal de man zich allang neergelegd hebben bij haar bemoeizucht; en er in zekere zin ook op rekenen: ‘ik wacht gewoon totdat zij weer iets heeft bedacht dat de aandacht verdient en als ik het probleem oplos, dan ben ik weer, voor even, van haar bemoeizucht verlost’. Het is voor beide partijen vaak een comfortabele rolverdeling: hij hoeft nergens over na te denken omdat zij dat al doet; en zij kan zich uitleven in haar bemoeizucht omdat hij toch nergens een probleem van maakt. Vervelend is dan wel dat er zoveel wordt gemopperd. Zij zal meer dan eens zeggen: ‘kun je niet zelf bedenken dat je er bij loopt als een zwerver’. En om nog een beetje tegengas te geven zal hij verzuchten: ‘als jij je nou eens nergens mee zou bemoeien, dan kon ik eindelijk mijzelf eens horen denken’.

Bemoeizorg is niet alleen een fenomeen in de ambulante psychiatrie. Ook zonder officiele aanstelling zal menig verzorgende zichzelf zien als de reddende engel. Zij zal het niet kunnen laten om een verloren ziel van de ondergang te behoeden. Mannen genoeg die hier geen enkel bezwaar tegen hebben.

 


Lees ook:

Bekijk alle columns

Reacties

Er heeft nog niemand gereageerd op deze pagina.

RSS feed van de reacties op deze pagina | RSS-feed voor alle reacties

Plaats uw reactie