23 February 2009
Door: Jeffrey Wijnberg
Wie goed doet, goed ontmoet, is een zegswijze die wordt gebruikt om mensen aan te sporen vriendelijk en vrijgevig te zijn.
Ook herbergt deze spreuk de overtuiging dat een gebaar van genegenheid wederkerigheid oproept, oftewel: wie de moeite neemt om van zichzelf aan anderen te geven, zal evenredig worden beloond. Nu zijn er veel mensen die in deze tegelwijsheid geloven. En dat is ook logisch. Immers, het is een aantrekkelijk idee om het zelf in te hand te hebben andere mensen tot vriendschappelijkheid te verleiden. Maar, het idee is alleen maar aantrekkelijk als idee. In de praktijk van alledag gedragen mensen zich eerder omgekeerd en moet het spreekwoord luiden: gul maakt vals.
Zo moet ik op mijn spreekuur keer op keer gulle gevers opvangen die door hun partners als grofvuil aan de kant worden gezet. Voorafgaand aan de definitieve afwijzing is er meestal een lang en slepend proces van geestelijke uitbuiting, waarin elk gebaar van genegenheid door de één (ik hou van je) wordt beantwoord met een valse bejegening door de ander (ten minste dat dan). Het is nu juist deze geestelijke uitbuiting die menigeen verbaast. Maar, psychologisch gezien klopt het precies: wie veel krijgt toegeschoven aan materieel of immaterieel goeds, zal zijn gever zien als een productieve melkkoe. En van een melkkoe kan onbeperkt worden geprofiteerd, zonder dat er sprake is van enig hoorbaar protest. Vanuit haar onderdanige positie als melkkoe is het ook moeilijk protesteren, vooral omdat zij zich alleen maar tot leven gewekt voelt als zij wordt uitgemolken.
Natuurlijk zijn er ook uitzonderingen. Ik bedoel, een gulle gever zal ooit wel eens ’dankjewel’ horen of met gelijke munt worden terugbetaald wanneer hij weer als eerste een rondje geeft in de kroeg. Maar doorgaans heeft de gulle gever het nakijken. Zo kunnen volwassen kinderen blijvend op de pof leven als zij weten dat hun ouders de schulden afbetalen, en zullen bestuurders hun inkomenseisen en bonusregelingen alleen maar opschroeven als zij de ervaring hebben er fluitend mee weg te komen.
Goed beschouwd zijn het dan ook de gulle gevers die fout zitten, omdat zij hun ontvangers in de verleiding brengen om zich van hun slechtste kant te laten zien. Het mag dan ook geen verbazing wekken dat zelfs uw beste vrienden ervan afzien om te betalen voor een avondje uit als zij keer op keer door u worden getrakteerd. En de mensen die steevast rond etenstijd aanbellen, doen dit doelbewust in de wetenschap dat zij dan altijd aan tafel mogen aanschuiven.
Bent u daarom trots op uw eigen gulheid, hou daar dan mooi aan vast en laat u gewillig en blijmoedig uitmelken. En blijf vooral geloven dat u een door God gezonden engel bent. Uw zogenaamde vrienden weten wel beter.
Auteur: Jeffrey Wijnberg
Originele publicatie: de Telegraaf
Datum: ma 23 feb 2009, 06:30