Let op je bezoekt nu de archiefsite. Bekijk de actuele website hier.

Let op deze site dient als archief.
Ga naar www.psycholoogwijnberg.nl voor de actuele website.

Columns en Archief

Heen en weer

16 October 2017
Door: Jeffrey Wijnberg

Rijen worden langer, treinen worden voller en de wegen raken verstopt. Mensen komen en gaan dat het een lieve lust; en meer dan eens vraag ik mij af: ‘hoe komen al die mensen hier’ en ‘waar gaan al die mensen toch naar toe’? Tijdens een cabaretvoorstelling van Jerry Seinfeld in een propvolle theaterzaal in New York kreeg ik eindelijk het verlossend antwoord.

Nu hoef je geen wetenschappelijk opleiding te hebben genoten om te weten dat mensen naar hun werk moeten en daarna weer terug naar huis. Ook is gemakkelijk om te bedenken dat er boodschappen gehaald moet worden, als ook de nodige andere spulletjes. Toch verklaart dat niet de enorme drukte en de constante toename van die drukte. Nee, de enige echte verklaring is gelegen in het gegeven dat mensen geen zitvlees hebben. Nog specifieker: vooral vrouwen ervaren een constante onrust waardoor zij, op willekeurige momenten zullen zeggen: ‘kom, laten we ergens heen gaan’. Nu is dat ergens-heen-gaan vergelijkbaar met hoe vrouwen winkelen: er is geen doelgericht plan om iets te kopen, maar eerder sprake van dwalende blikken in de hoop iets bijzonders te beleven. Mannen hebben dat niet. Alleen als zij specifiek iets nodig hebben, zullen zij recht op hun doel afgaan. Daarom staan al die mannen buiten op hun vrouw te wachten; en weten dat de vrouw straks weer uit de winkel komt zonder iets afgerekend te hebben. Evengoed is het voor de man onzinnig om er zomaar op uit te trekken; iets wat hij, op voorspraak van haar, wel doet al was het alleen maar in een poging om haar onrust tot bedaren te brengen. Vervolgens zal de vrouw, al dan niet vergezeld door haar man of vriendin, ergens arriveren waar zij doelloos ronddwaalt. En omdat dit haar oorspronkelijke onrust alleen nog maar verder aanwakkert, zal zij, na niets bevredigends te hebben ontdekt, uiteindelijk zeggen: ‘kom, laten we weer naar huis gaan’. Dit fenomeen is vergelijkbaar met hoe mensen tegenwoordig op vakantie gaan: eerst moet een enorme afstand afgelegd worden om ergens te komen en als dan na verloop van tijd alles wel zo beetje is gezien, dan groeit het verlangen om weer huiswaarts te keren; alsof eerst afscheid genomen moet worden van alles wat vertrouwd is om weer te kunnen verlangen naar alles wat vertrouwd is. De man is gewend om zich beschikbaar te stellen als chauffeur. Samen met zijn vrouw gaat hij heen en weer; en weet dat het nooit anders wordt.

De conclusie van dit eindeloze heen-en-weer is dat thuis alles is en blijft zoals het de dag tevoren ook was; en ook dat het op-zoek-gaan-naar-iets-anders daar geen enkele verandering in brengt. Of misschien toch ooit een keertje wel.

 


Lees ook:

Bekijk alle columns

Reacties

RSS feed van de reacties op deze pagina | RSS-feed voor alle reacties

Plaats uw reactie