U kent het wel. Dat één kind meer aandacht krijgt dan het andere. Dat die ene collega meer gehoor vindt bij de baas dan anderen. Of dat die ene jongen altijd meer korting krijgt op aankopen dan wie dan ook. ‘Brutalen hebben de halve wereld’, zo denkt u vaak. En in zekere zin is dat ook zo.
Maar nauwkeuriger is het om te zeggen dat die brutale mensen gewoon goed doorhebben wat het betekent om een appèl te doen: het effectief hulp inroepen van anderen. Dus. Nou èn? Wat zou dat? Veel! Want meer dan menigeen beseft, is het doelmatig inschakelen van hulptroepen van levensbelang. Zo kan een deugdelijke behandeling bij de dokter aan uw neus voorbijgaan als uw appèl te zwakjes klinkt. Een belangrijk voorbeeld is wanneer iemand bij de huisarts aanklopt met depressieve klachten. Toegegeven, een depressieve patiënt staat al wat zwakjes in zijn schoenen. Maar, daar is het lijden niet minder om. Is het appèl slapjes (‘ik zit in een dipje, en weet het even niet meer’), waarbij er toch beleefd en vriendelijk gelachen wordt, dan zal de dokter zich niet geroepen voelen om krachtig in te grijpen. Is het appèl luid en duidelijk (‘ik voel me doodziek, geestelijk kapot en klaar om voor de trein te springen’), waarbij de tranen rijkelijk vloeien, dan zal de dokter zich wel geroepen voelen om alle medische registers open te treken. Ja, staat u daar maar eens even bij stil. Dokters zijn ook maar mensen. En dat betekent dat zij, net als alle andere mensen, u alleen serieus nemen wanneer u uw klachten serieus weet over te brengen. Precies om deze reden is het appelleren op de sportvelden zo wijdverbreid: wie heftig, dramatisch en overtuigend weet te protesteren bij een overtreding, krijgt de scheidsrechter eerder mee in een straf voor de tegenstander. Misschien geen kwestie van levensbelang. Maar het laat wel zien hoezeer het appèl nodig is om gehoor te vinden bij uw medemens. Zo kunt u de loodgieter bellen (‘mijn dak lekt’) om vervolgens nog dagen te moeten wachten voordat hij eindelijk verschijnt. Of u kunt de loodgieter bellen (‘de meubels drijven het huis uit en mijn vrouw kan niet zwemmen’) en als eerste aan de beurt zijn. Natuurlijk, het appèl kan ietwat overdreven zijn (‘als ik tien keer met mijn fietsbel bel, dan weet u het wel’). Maar, de nuance kan altijd later. Belangrijker is dat u de gewenste hulp krijgt. Het spreekt voor zich dat u bij een krasje op de voorruit niet moet roepen dat uw auto total-loss is. Dan neemt niemand u meer serieus.
Soms komt iemand op mijn spreekuur met de mededeling dat hij een ‘dingetje’ heeft. Tja, dan is mijn aandacht snel afgeleid.
Een dingetje hebben vind ik w e l interessant.
Wat zou dat dan voor dingetje zijn??
Margit
Margit
10/10/2017 17:54
(7 jaren geleden)
Helemaal waar, dit artikel!! Ik ben overigens een trouwe lezer van uw wekenlijkse colum. Mijn ervaring is dat wanneer mensen " altijd wat" momenten hebben veel aandacht krijgen. De mensen die gezond, gelukkig en bewust leven met aandacht voor de medemens, vaak normaal gevonden worden en de opmerking krijgen: "ach alles gaat vanzelf. "Worden vergeten. Het lijkt erop of men graag voor de underdog kiest. Hoe komt dat?
Groet, Anita
Anita van Marle
07/01/2014 12:53
(11 jaren geleden)
Helemaal waar, dit artikel!! Ik ben overigens een trouwe lezer van uw wekenlijkse colum. Mijn ervaring is dat wanneer mensen " altijd wat" momenten hebben veel aandacht krijgen. De mensen die gezond, gelukkig en bewust leven met aandacht voor de medemens, vaak normaal gevonden worden en de opmerking krijgen: "ach alles gaat vanzelf. "Worden vergeten. Het lijkt erop of men graag voor de underdog kiest. Hoe komt dat?
Groet, Anita
Anita van Marle
07/01/2014 12:52
(11 jaren geleden)
RSS feed van de reacties op deze pagina | RSS-feed voor alle reacties