Wie op vakantie gaat die heeft daar een bedoeling mee. Het idee is om uit te rusten, bij te komen van het dagelijks werk, om vervolgens vol energie en nieuwe plannen weer huiswaarts te keren. De grote vraag is echter of een reguliere vakantie recht doet aan dat oorspronkelijk idee. Keer op keer blijkt dat mensen pas echt aan vakantie toe zijn als zij op vakantie zijn geweest.
Nu klinkt mijn stellingname behoorlijk absurd. Maar dat ligt niet aan mij. Dat heeft te maken met het feit dat mensen blijkbaar niet in staat zijn om helder na te denken; en precies in tegenovergestelde richting bewegen dan het gezond verstand aangeeft. Zo lijkt het mij logisch dat een vakantie in alles meer comfort moet bieden dan het thuisfront geeft. Maar de meeste mensen hebben op vakantie juist minder comfort: luchtbedden in plaats van echte bedden, campingwinkels in plaats van uitbundige supermarkten, klapstoeltjes in plaats van fauteuils, gaten in de grond in plaats van een luxe WC en kakkerlakken in plaats van een enkel vliegje. Ook lijkt het mij, voor alle rust en ontspanning, logisch dat een opeenhoping van mensen wordt vermeden. Maar mensen zoeken al die andere mensen nu juist op: verstikkende rijen op het vliegveld, eindeloze files op de autobanen, hutje mutje op de camping en ingesloten door andere badgasten op het mini-strandje. Het idee is toch (letterlijk) om opgelucht adem te halen, maar in werkelijkheid komen mensen op vakantie elkaar zo nabij dat zelfs een redelijk normaal mens hysterische aanvallen kan krijgen van claustrofobie (engtevrees). De meeste mensen vinden pas rust als zij ook wat vakantie van elkaar kunnen hebben: dat papa in zijn eentje kan motorfietsen, dat mama even lekker alleen een boekje kan lezen of dat de kinderen ongedwongen met leeftijdsgenoten kunnen verkeren. Vanuit het eigen huis is dat prima te regelen. Maar in plaats daarvan wordt de hele groep bij elkaar gegooid in één vliegtuig, in één auto, in één tent om vervolgens als één geheel geen enkele individuele vrijheid meer te kunnen genieten. Vooral kinderen hebben hier last van omdat zij gedwongen worden om alles leuk te vinden wat de ouders hebben bedacht. En de ouders zijn dan weer chagrijnig omdat de kinderen zo ondankbaar zijn (‘ik hoef geen museum, ik wil een ijsje’). Vakantie is ook alleen maar vakantie als er niet nagedacht hoeft te worden. Maar ergens in den vreemde staat het brein nooit stil omdat alles wat vertrouwd heet, nergens te bekennen is.
Persoonlijk heb ik altijd een prima vakantie. Dat komt niet door mij, maar door al die miljoenen mensen die wegtrekken om op vakantie te gaan.
Helemaal mee eens ! Eindelijk een tegengeluid voor de "ik ben lekker ver weg geweest" verhalen.
Jan de Rooij
22/07/2017 14:27
(7 jaren geleden)
RSS feed van de reacties op deze pagina | RSS-feed voor alle reacties