Neem de meerkeuzetoets: wie deze invult en daarna nog verschillende, eerste antwoorden gaat wijzigen, zal doorgaans alleen maar slechter presteren. Dit fenomeen van het jezelf-in twijfel-trekken noemen de Engelsen: ‘second-guessing’; en is aan de orde van de dag op mijn spreekuur.
Vooral bij vrouwen is de knagende zelftwijfel als een waakhond bij alles wat wordt gevoeld en gevonden. Zo kan Iris (27) op haar werk geïrriteerd raken als éen van haar collega’s, zoals wel vaker, de ochtendvergadering domineert met haar luide doordringende stem. Maar na de vergadering, als Iris weer op haar eigen werkplek zit, denkt zij: ‘stel ik mij niet aan’ of ‘ben ik niet veel te hard in mijn oordeel’ en ‘ben ik niet gewoon heel jaloers dat mijn collega meer in te brengen heeft dan ik zelf’. En zo zorgt deze stroom van zelf-twijfelende overwegingen ervoor dat Iris lekker ruzie kan maken met zichzelf dan dat zij haar collega aanspreekt op haar dominantie. Zo bekeken is zelftwijfel de perfecte methode om conflicten met de buitenwacht te vermijden; en de zo gekoesterde harmonie veilig te stellen. Opvallend is het dat mensen die het second-guessing-spelletje goed beheersen meestal weinig ‘slechts’ kunnen zien in hun medemens; en als zij dat wel zien, onmiddellijk zichzelf corrigeren om hun positief beeld van de wereld overeind te houden. Om deze reden geef ik dan ook vaak de opdracht om een dagboekje bij te houden van ‘slechte oordelen’ over mensen, om dat dan later te bespreken; en het waarheidsgehalte van het eigen denken en voelen flink aan te sterken. Deze opdracht is voor de zelftwijfelaars behoorlijk pittig, maar zorgt er wel voor dat zij hun eigen ‘negatieve emoties’ onder ogen (durven) zien, zonder dat zij, met die negativiteit, per se iets hoeven ondernemen. Want iets ‘slechts’ denken van een ander is één ding, er iets van zeggen is dikwijls nog een brug te ver. En zo heeft Carla (34) de opdracht keurig netjes uitgevoerd; en komt met haar dagboekje bij mij met aantekeningen als ‘Frits is zo met zichzelf ingenomen dat hij altijd om zijn eigen grapjes lacht, terwijl hij helemaal niet grappig is’ of ‘mijn moeder neemt, na haar eerste vraag, meteen het gesprek over met haar eigen verhaal; en dan weet ik dat zij niet echt geïnteresseerd is in mij’ en ‘volgens mij heeft mijn zus een borderline-persoonlijkheidsstoornis omdat ik altijd het gevoel heb dat ik op eieren moet lopen. Carla is duidelijk opgelucht dat zij deze gedachten en gevoelens kan uiten; en daardoor meer kracht voelt in hoe zij naar de wereld kijkt.
Het bekendste voorbeeld van ‘second-guessing’ klinkt door in de vraag: ‘is het hier koud of ligt het aan mij?’ Welnu, het is een suggestieve vraag die ervoor zorgt dat de koukleum niet hoeft te zeggen: ‘kun je de verwarming wat hoger aanzetten?’. Jezelf serieus nemen blijft een lastige zaak.
Er heeft nog niemand gereageerd op deze pagina.
RSS feed van de reacties op deze pagina | RSS-feed voor alle reacties