16 August 2008
Door: Jeffrey Wijnberg
Mannen zijn bang voor vrouwen. Helemaal onlogisch of oninvoelbaar is deze angst niet. Immers, vrouwen hebben van nature een levenskracht die intimiderend kan zijn.
Het vrouwelijk voorkomen alleen al, is dikwijls zo verpletterend van schoonheid dat mannen eerst een paar borrels nodig hebben om toenadering te zoeken. Vrouwen weten dit en kunnen daarom naar hartenlust het versierlicht op groen of rood laten springen. En de man zweet peentjes uit angst dat hij een blauwtje loopt.
Zit de man eenmaal gevangen in het vrouwelijk web dat huwelijk heet, dan kan zijn angst absurde vormen aannemen. En steeds meer mannen zien zich genoodzaakt om, voor hun angstklachten, een psycholoog te bezoeken.
Niet dat de held op sokken er zelf op uit is om te veranderen. Nee, hij komt bij de therapeut om een dreigende scheiding af te wenden, oftewel: opnieuw wordt zijn gedrag uit angst voor haar geboren.
Gebruikelijk is dat de man een lijstje bij zich heeft met, zogeheten, aandachtspunten; een lijstje die hij geschreven heeft uit angst dat hij iets zou vergeten en thuisgekomen weer een veeg uit de pan krijgt.
En op dat lijstje staat als eerste probleem dat hij systematisch liegt: niet over grootse zaken zoals dat hij de auto met caravan heeft laten afbranden, meer eerder over wie hij tegenkwam bij het doen van de boodschappen (waar bleef je zo lang) of over de oorsprong van vlekjes op zijn overhemd (waar heb je tussen de middag geluncht).
Op het lijstje staat ook het probleem dat hij zwijgt over zijn gevoelsleven en op al haar vragen ontwijkende antwoorden geeft. Dit klopt en zorgt ervoor dat hij een vocabulaire ontwikkelt die beperkt is tot ’ik weet het niet’, ’zou best kunnen’ en ’daar heb ik nooit over nagedacht’.
Als derde probleem staat op het lijstje zijn volledig gebrek aan initiatief en verantwoordelijkheidsgevoel, die door hem zelf meestal onder woorden wordt gebracht als een hels dilemma: ’doe ik iets wel, dan is het niet op haar manier en doe ik het niet, dan voelt zij zich evengoed in de steek gelaten’. Als belangrijke vierde punt staat op het lijstje dat hij nauwelijks communiceert en niets overlegt, wat vrij vrouwelijk vertaald betekent dat hij nooit doet wat zij zegt.
Het is een probleem dat mannen tegenover mij wel erkennen, maar verwoorden als: ’ik weet heus wel wat ze wil, maar ik weiger om als een gedresseerd circushondje door het leven te gaan’. Om iets aan (vermeende) kracht te winnen, zoeken mannen hun toevlucht tot een hobby buiten de deur, ofwel in de vorm van een minnares, ofwel in de vorm van een motorfiets of stamkroeg.
Het enige tegenwicht dat de man biedt, is een breed arsenaal aan subtiele sabotage, waarmee hij uiteindelijk zijn positie nog meer verzwakt. Daarom is het echte probleem niet zijn angst, maar domweg de weigering om toe te geven dat hij het toch niet van haar kan winnen.
Auteur: Jeffrey Wijnberg
Originele publicatie: de Telegraaf
Datum: za 16 aug 2008, 00:48